In Vroege Vogels een verder leuke column van Alma Huisken die melding maakt van een ransuil in haar omgeving.
Ze hoort ‘m roepen, zegt ze: “oehoe – oehoe”.
Oehoe?
Toen ik laatst in mijn tuin een ransuil zag, zocht ik direct zijn geluid op.
Dat blijkt *geen* oehoe te zijn.
Het is een zacht en heel ánder geluid.
Luister maar (onderaan de pagina).
Ik vind dat dom.
In een programma als Vroege Vogels.
Die columniste kan zich vergissen en denken dat elke uil ‘oehoe’ zegt en verder een eind weg fantaseren.
Maar op die redactie moet toen ze haar stukje inleverde toch iemand hebben gedacht: jamaar… zo *klinkt* een ransuil helemaal niet.