Een goede interviewster is iemand die zich heel goed voorbereidt en heel goed luistert, onderwijst Sonja Barend. Wetend (mn bij wetenschappers) “waar je moet prikken” en waar je niet moet gaan vragen om oeverloos voor geen enkele leek interessant gepraat te voorkomen.
Een wijze les die veel jonge talentjes (over wie we zich buitengewoon mild uit, omdat je “een programma presenteren alleen maar in de praktijk kunt leren”) zich ter harte kunnen nemen.
Sonja Barend is te gast bij Govert van Brakel. Omdat ze over Clairy Polak wil praten, zegt ze. Barend vindt het onbegrijpelijk dat Polak, die deze week de naar haar vernoemde prijs won, er bij Nieuwsuur is uitgewerkt. “Als Clairy Polak niet bij Nieuwsuur paste, hadden ze Nieuwsuur zo moeten maken dat Nieuwsuur bij Clairy Polak paste.”
Radio luistert Sonja Barend niet (tenzij haar man die aanzet). Tv kijkt ze wel. Naar P&W en naar DWDD. “Dan doe ik altijd heel erg mee in m’n hoofd en denk: wat zou ik nu vragen.”
Noem eens wat, nodigt Govert van Brakel uit.
Barend: “Ik zou graag willen dat ze zich meer in het debat mengen. Ik wil weten waar ze staan en dat vooral in deze tijd. Bij Pauw & Witteman zit heel veel rechts zonder weerwoord.”Zij zit dan te róepen naar de tv. Ze wil dat de presentatoren “zich genuanceerd maar met passie” erin storten.
Jamaar, houdt Govert van Brakel haar voor. Dan krijgen ze net als Clairy Polak het stempel ‘links’. Dat *is* niet links! vindt Sonja Barend. Niet bij Clairy en bij de genoemde heren zou het dat evenmin zijn als ze zichzelf wat meer in de strijd wierpen.
Haar werk mist ze niet: “Ik leef! Ik geniet!”
Wat ik geloof. Maar ik zou een minimoordje doen voor af en toe nog eens een Sonja-Barend-masterclass op televisie. Misschien samen met Clairy Polak.
Ik kan zo een lijst bedenken met wie ik graag voor deze prachtwolven zou willen werpen.
Barbara zegt
Prachtig stuk!