Vrolijk stadsgeluid, geroezemoes, Engels pratende en lachende vrouwen.
Joris van de Kerkhof zit op een terrasje in Maastricht met drie Australische vrouwen die wachten op hun mannen.
Om drie uur zouden ze er zijn, na een fietstocht vanaf Eindhoven.
Maar ze verdwalen en het wordt drie uur en een lekke band later.
“Are you married” hoor ik een van de vrouwen vragen en aangezien ze elkaar kennen moet de vraag aan de verslaggever zijn gesteld.
Hoe ze daar zo opkwam horen we niet en zijn antwoord evenmin (tis trouwens ‘ja’ weten we uit andere reportages).
“O my God, finally! Yes!” begroeten de vrouwen de mannen om zes uur. Met klingelbellen die bij de Tour Down Under worden gebruikt en die zijn meegenomen om de (vier) mannen aan te moedigen.
De vier maken deel uit van een vriendengroep van dertien, een jaar of vijftig, die elke zondag samen fietsen.
Maar alleen deze vier hebben de reis gemaakt.
“Just so pretty” was de fietstocht. Met “a lot of heritage and history”.
En elkaar bij elke kruising even inprenten: “Look left, look right, no cars, watch out for bikes” want dat wij hier rechts rijden is even wennen.
De mannen, met shirtjes met ‘Smokkelaars’ erop (in het Engels neem ik aan), gaan de komende weken door Frankrijk fietsen.
Met de Tour mee maar dan in het eigen tempo: dat van de langzaamste. Beetje rondkijken, beetje praten met elkaar.
Van de Proloog verwachten ze: “Lot of people, lot of screaming, really good atmosphere.”
Dan tegen de vrouwen: “The beer – is it cold?” “Yeah!” In dat geval: “Good! Cheers everybody.”
Klingel-klingel. Langzaam wegstervend.
Joris van de Kerkhof belooft dat hij de “blije mannen” nog een paar keer zal opzoeken.
Ik kan niet wachten.
Geef een reactie