Het was mij ontgaan.
Wat vermoedelijk vooral iets zegt over waar ik mijn meeste nieuws vandaan haal (Radio 1 en de Volkskrant).
Maar in Japan eten ze levende kikkers (terwijl je ze oppeuzelt spartelen de pootjes nog) en daar zijn ze in Amerika boos over.
Ik verwacht in Goedemorgen Nederland een telefoontje naar Marianne Thieme maar ze bellen Johannes van Dam.
Over wat de meerwaarde is van het eten van levende dieren.
“Behalve in enkele gevallen,” legt Johannes van Dam uit, “is er geen toegevoegde waarde.”
Zo’n enkel geval zijn de oesters.
Die moet je levend eten.
Want dood bederven ze snel.
“Maar,” zegt de deskundige, “bij dieren die je langer kunt bewaren zou ik niet zeggen dat er culinair en medisch gezien een toegevoegde waarde is.”
Is er dan helemaal geen reden om de kikkers levend te eten?
“Alleen traditie,” veronderstelt Van Dam.
“Maar niet heel rationeel.”
Levend kikkers eten gaat het in Nederland dus niet worden.
Levend oesters eten wél.
Niet omdat die geen pijn voelen als jullie ze naar binnen slobberen maar omdat ze snel bederven als ze dood zijn.
Koeien en kippen boffen toch maar dat ze het lang volhouden in stukjes in de vriezer.
Geef een reactie