Ramses Shaffy is vijf jaar dood.
Dus gaat Joris van de Kerkhof mee op een Ramses-wandeling door Amsterdam.
Daan Bartels pikt een klein groepje op bij het CS, nodigt ze uit om “als Sammie” omhóóg te kijken, wijst ze op een naar Ramses genoemde watertaxi en verwerkt soepel “een mooi meisje, vers van Vlieland” (Liesbeth List!) in zijn verhaal.
Op de achtergrond de geluiden (in mijn oren: herrie) van Amsterdam: auto’s, auto’s.
Toeterende auto’s. Trams.
Halverwege de Zeedijk een stop.
Tegenover een café waarvan niet *zeker* is dat Ramses er ooit geweest is maar de over hem gemaakte serie is hier gefilmd.
“Stel je voor” noodt onze gids de wandelaars dan uit.
Je staat na een borreltje (“of twee”) op de Nieuwmarkt en túúrt over het water – aan welk lied denk je dan?
“Tis stil in Amsterdam!” weet een vrouw.
“Wo-hoo, wo-hoo..” zingt de gids.
Kalkmarkt, Korsakov, 3e Weteringdwarsstraat (best een lange wandeling).
Langs café Hans en Grietje waar hij wel eens in de vroege ochtend op het stoepje zat.
Zomaar.
“Mama Mokum, ik woon bij jou aan de gracht.”
Daan Bartels barst weer los in een wat weemoedig lied over de stad die Ramses altijd in de armen heeft gesloten.
“Je brengt me thuis wanneer ik lam ben en niet meer word verwacht.”
Dan is het voorbij en “dank en wellicht tot ziens” en veel “dank” terug en “graag gedaan” en ik mag hopen dat iedereen toen de kroeg is ingedoken en tot diep in de nacht heeft zitten drinken.
Als passend afscheid van de grote zanger.
Joris van de Kerkhof kon dat natuurlijk niet doen.
Die moest deze mooie reportage voor ons monteren.
Geef een reactie