Goed bedoeld, het Filiaal over oude mensen die in hun huis worden overvallen en wat ze kunnen doen om het te voorkomen.
Maino Remmers noemt de aanleiding (81-jarige man maandag in Capelle gedood door overvaller) en gaat zich dan ‘binnenpraten’ bij een bejaarde vrouw in de Amsterdamse Jordaan. Dat valt nog niet mee want de vrouw zit achter drie sloten maar verder is ze bepaald niet het stereotype bange oudje hoewel de Filiaalhouder haar eerst wel zo toespreekt: “Tis alweer daglicht, hè, valt wel mee, hè, is niet zo eng, hè?”
MR: “Ik ben echt van de NOS, hoor!”
Vrouw: “Dat mag ik hopen want ik zit op u te wachten.”
Op de gang (“ik hang nu in uw raam”) leunt Maino Remmers in het slaapkamerraam van een man die vandaag 87 wordt: “Namens de hele NOS en iedereen die luistert – gefeliciteerd.”
Een politievrouw geeft tips waarmee de bejaarde, niet zo snuggere (of overmoedige) luisteraar haar/zijn voordeel kan doen. Nooit zomaar opendoen, altijd vragen “wie bent u wat komt u doen”, kijken voor je open doet, geen pakjes accepteren als je niets verwacht en nóóit pinnen en al helemaal niet je pincode afgeven. Legitimatie vragen. En verlaag je opnamelimiet voor als het toch misgaat.
Een opmerkelijke tip wanneer je een onverwacht persoon aan de deur krijgt: bedenk een smoes om iemand te fotograferen.
Dit zie ik niet direct voor me. Wat zeg je dan “leuk voor op m’n Facebook” of “voor twitter”?
Allemaal goed bedoeld maar wel zéér veel herhalingen.
En niets over: wat als iemand al binnenstaat (al dan niet door je eigen stomme schuld) en het mis gaat. Alarmsysteem naar de buren? Knop die een enorme loei doet afgaan? 112 onder sneltoets van je telefoon?
Geen idee of die dingen helpen of dat iets anders helpt.
Maar alleen maar “doe niet zomaar voor iedereen open” – tja.
Dat weet iedereen toch al?