De rayonhoofden komen bijeen.
Dus *ergens* in Friesland staat Joris van de Kerkhof op een parkeerterrein met twaalf grote en kleine auto’s. Die kleine, vermoedt hij, zijn van de journalisten.
Want de verslaggever staat daar niet alleen.
“Elfstedenkoorts, mérk je er iets van” vraagt nieuwslezer Gert Klück.
Zo lang is Joris van de Kerkhof nog niet in Friesland, vertelt hij, maar “ijskoorts” – dat wel.
Op de Bonkevaart bijvoorbeeld.
“Voor de fun” schaatst daar een vrouw die niet bang is want “wakken zie je wel, dan is het nat in de sneeuw”.
Een andere vrouw doet twee stappen op het ijs en hoort “kraken” dus is ze bang.
Wat ze niet vertellen aan Joris maar aan een man die Fries spreekt (de vrouwen antwoorden in het Nederlands).
Zo gaat dat dus op Omroep Fryslân.
Een datum, wil Gert Klück weten.
Er komt een communiqué, is Joris van de Kerkhof verteld.
Morgenochtend.
Met daarin *niet* een datum, maar alleen iets “over de kwaliteit van het ijs”.
Gert Klück: “Je moet maar wel even door de lamellen gaan turen. Lichaamstaal zegt veel soms.”
Kan hij makkelijk zeggen vanuit de behaaglijke warmte van de studio.