“I got a call from an old friend… a one… a two.. A one two three four…”
Lee Towers krijgt een Edison voor zijn hele oeuvre, iedereen is erbij en ook Joris van de Kerkhof.
Aboutaleb verhaalt hoe hij bij de eerste ontmoeting met de zanger geen hand kreeg maar een omhelzing.
Dat doen ze nog steeds: omhelzen.
De burgemeester houdt een praatje dat persoonlijk is bedoeld.
“Hij heeft een gouden microfoon en ik heb een zilveren ambtsketen.
Geen ketting, want dames hebben een ketting.”
Ze zijn allebei voor een dubbeltje geboren en hebben eerst een opleiding in de techniek gevolgd en (de verslaggever waarschuwt ons: nu komt een grapje) Aboutaleb zegt dat hij nog steeds altijd een schroevendraaier bij zich heeft.
Omdat dat “als Marokkaan” goed van pas kan komen.
Lee Towers zelf benadrukt ook zijn eenvoudige afkomst en hij is “ontroerd en blij” met hoe ver hij is gekomen.
En blij met de prijs natuurlijk.
Joris van de Kerkhof vat het concert samen met wat flarden muziek en het is niet sjiek om op zo’n moment alleen maar te denken ‘wat heeft die man toch een vreselijke stem’.
Gelukkig duurt het zingen niet lang en mag Towers uitleggen dat Feyenoord het hoogtepunt van zijn jaar was, “maar dit was de kers op de taart”.
Nog wat over de Coolsingel en dat Feyenoord vaker kampioen moet worden en dan is het ‘dankjewel’ en sluit de reportage af met het onvermijdelijke ‘a-lone’.
Ik vrees dat ik er wat zuur over schrijf omdat ik Lee Towers niet echt in mijn hart heb gesloten, maar de reportage was erg leuk.