Hij kan het nog en hij doet het nog – vroeg opstaan.
Joris van de Kerkhof brengt ons in herinnering hoe hij tot december onze favoriete Filiaalhouder was.
Hoe hij opstond en (lichte kraak) liep over “oud hout” en (pruttel) “thee zette” dan (stap-stap) naar beneden ging en (zeer lichte kraak) “deur open” waarna (straatgeluid) “de vogeltjes buiten” .
Dat laatste was denk ik bij wijze van spreken want ik hoor geen vogeltjes maar misschien waren ze er wel maar in de verte.
Het is de aanloop naar een gesprek met Arnoud Traa, initiatiefnemer van Geluid van Nederland. Een verzameling geluidfragmenten van hoe Nederland vroeger klonk en nu nog klinkt.
We luisteren naar de ‘kleine lier’ van de Staatsmijn Emma. En naar de kolen die worden gestort in de kolenkachel.
“Een verdwenen geluid – althans je hoort het niet meer in de Randstad” zegt Traa over die kachel.
“Ook niet buiten de Randstad,” lacht de ex-Filiaalhouder over de wereldvreemdheid van de Randstedeling.
Met welk geluid had Joris van de Kerkhof (“ik kom uit Den Bosch”) Traa een plezier kunnen doen?
“Carnavalsgeluiden” zegt die waarbij me opnieuw opvalt hoe stereotiep hij tegen de buitengewesten aankijkt.
Of anders “iets van dat grote plein dat jullie hebben”.
Kijkend op de site valt me op dat de keuze tot nu toe zich toespitst op het geluid van de St. Jan en dan bij voorkeur “de doodsklok bij de uitvaart van een bisschop”.
We sluiten af met munten in een telefooncel.
En wat hoor je dan?
We luisteren gespannen.
“Twee maal de wektoon.”
Het is dat ik begin te lijken op een haperende grammofoonplaat (ken je dat geluid nog?) anders zou ik zeggen dat ik er een kleine moord voor zou doen om Joris van de Kerkhof terug te krijgen als Filiaalhouder.