“Er is een boa constrictor ontsnapt in Ter Apel” begint Felix Meurders en ik denk: Ha! We hebben ‘m en hoe zou ‘t met ‘m zijn.
Maar we hebben ‘m niet en in Alkmaar pikken meeuwen vuilniszakken open, gaat de presentator verder, maar ook dáár hebben we het niet over.
We hebben het over de spreeuwen die in Limburg de blauwe bessen opeten (een kwart van de oogst) en die poepen op de rest.
“U denkt,” zegt Felix Meurders tegen Harm Kossen van de Limburgse Land- en Tuinbouwbond, “*shit*, letterlijk en figuurlijk: daar gaan al die bessen.”
Nu gaat de man vast klagen over gederfde inkomsten en afgeven op vogels die ze 1 voor 1 tegen de muur zouden moeten zetten en dan afknallen.
Denk ik.
Want: tis een boer.
En die houden niet van dieren die ze de bessen uit de mond stoten.
Maar de man vertelt mooi over hoe de spreeuwen op pad gaan, lekkere hapjes ontdekken, teruggaan naar de zwerm en bij de ondergaande zon vertellen: Vandaag lekker gegeten, joh! Daar verderop is het. En dan gaan ze de volgende dag allemaal.
Ze hebben nu een pilot.
Met vangkooien vangen ze de eerste “verkenners” en laten die verderop vrij. Dan kunnen ze de zwerm niet waarschuwen.
Maar, zegt Kossen, “het dierenwelzijn moet goed voor mekaar zijn.”
Zo was eerst de opening van de kooi te groot en at een sperwer dan daarin *zijn* buikje rond.
En je moet er ook niet aan denken dat in de kooi gevangen spreeuwen met dit weer door oververhitting het loodje zouden leggen.
Wat een dierenliefde voor een gedupeerde boer.
Kossen gegoogled. Het *is* geen boer. Het is een wetenschapper. Die heeft gestudeerd in Wageningen.
Dat kan iets verklaren.