Ooit gaf Marc-Robin Visscher een spreekbeurt over vogels. Omdat hij niets beters kon bedenken. Daarbij, lacht hij vrolijk, viel hij lelijk door de mand.
Dat doet de Filiaalhouder vanochtend opnieuw. Zo is hem ontgaan dat Bleker de smient alweer heeft geschrapt als bejaagbare vogel, herkent hij het geluid van de kievit niet en stelt hij in een mislukte poging geestig te zijn de vraag: “Hoe smáákt kolgans, daar ben ik dan weer nieuwsgierig naar.” Dat aan Kees de Pater van de Vogelbescherming.
Niet alleen de verslaggever weet van toeten noch blazen, dat geldt ook voor de staatssecretaris die kolganzen wil vangen (en “zo diervriendelijk mogelijk” vergassen) wanneer ze ruien. Maar dat doen kolganzen hier helemaal niet, dat doet de grauwe gans.
Weet De Pater.
Aalglad betoont zich weer eens Bleker. Hij is, zegt hij tegen Lara Rense en Marcel Oosten, “een beetje revolutionair bezig door de verantwoordelijkheid te leggen bij de mensen in de streek zélf”. Zo kun je het naar de knoppen helpen van de natuur uiteraard ook omschrijven.
Marc-Robin Visscher blijft intussen onbekommerd geiten. Lopend door een stiltegebied en stikkend van de lach om zijn eigen “ik zal zo stil mogelijk proberen te soppen”.
Op twitter vraagt iemand een jachtvergunning om MRV af te schieten.
Doodmaken van een Filiaalhouder is wel erg cru.
Maar misschien kan iemand van de redactie hem vertellen dat naarmate hij zichzelf leuker vindt en een slechte voorbereiding van zijn onderwerp alleen maar als dolletjes ervaart er voor de luisteraar steeds minder plezier aan hem valt te beleven.