De Barnevelder bestaat 100 jaar.
De kip.
Dus is er vandaag een tentoonstelling waar kippen (hanen en hennen) worden gekeurd en de mooiste krijgen een oorkonde en ‘de eer’.
Maino Remmers maakt er een Filiaal over.
Hij hoort “gekukel en gekrijs” en “het nodige gekakel waar de verslaggever krankjorum van wordt” en vraagt: “Mag het geluid nou uit.”
“Voor mij zijn ze allemaal hetzelfde” zegt hij om kwart voor zeven.
Keurmeesters leggen verschillen uit en laten ze zien (MR: “ik word ook al kenner”).
Kip 323 heeft het niet, kip 324 wél.
Want: “Een stuk uitstraling” ziet de keurmeester.
En: “Het dier moet zichzelf verkopen.”
MR: “Zou 324 dan ook lekkerder in de soep zijn dan 323?”
Babbel met de burgemeester over hoe het eerste ‘hoenderpark’ ontstond in 1897 met 5000 kippen.
Geen woord over de zielepietjes die een paar honderd meter verderop plofkip zitten te worden in dichte schuren.
Wel ter afsluiting de vraag of er ook ‘broodje kip’ wordt geserveerd.
Gelachen dat we weer hebben.
Niet dus.