Het geluid van een naaimachine.
Later ook het geluid van een waterkoker.
Maar vooral veel geroezemoes.
Joris van de Kerkhof is op de modevakschool Silke in Utrecht waar vrouwen naailes krijgen.
Hij leert randjes afzomen – zodat de stof niet meer gaat rafelen.
Hem wordt uitgelegd hoe je het beste een rand voor een joggingbroek maakt.
Hij is er getuige van dat een beginner haar eerste oefenwerkstuk verprutst door de stof niet breed genoeg te knippen.
Aanleiding voor de reportage is dat Sanoma niet alleen de Playboy op de transferlijst heeft gezet maar ook Knip en Knippie.
De naai-juffrouw (JvdK: “met een centimeter om haar nek”) zou het jammer vinden als Knip verdween: “Ze maken leuke, goeie patronen en het is het makkelijkst om uit te werken.”
De leerlingen zouden Knip en Knippie óók missen al waren ze nu bezig met iets uit een boekje, iets uit een ander blad waarvan ik de naam niet verstond en iets uit de Burda.
Die je in mijn tijd (ahem) uitsprak als Boerda maar nu dus niet meer.
“Vindt uw dochter dat wel leuk om dingen te dragen die u maakt” vraagt Joris van de Kerkhof aan de vrouw die een rokje voor haar dochter maakt en in zijn toon meen ik ‘zal wel niet, al die kinderen willen merkartikelen tegenwoordig’ te horen.
Maar: “Ja!”vertelt de vrouw. “Die is heel trots en draagt ze met enthousiasme.”
Weer zo’n knusse reportage van mijn favoriete verslaggever.
Bovendien jeugdsentiment, want ik zie mijn moeder nóg achter de naaimachine zitten en jurkjes voor me maken.
Die ik, net als het dochtertje van de mevrouw, met trots zou dragen.