Meer dan 200.000 mensen worden jaarlijks slachtoffer van ernstig huiselijk geweld.
Het zit al de hele dag in alle nieuwsblokken. Waarbij wordt ingezoemd op: 40% van de slachtoffers is man. Dat is niet verwacht en dus nieuws. In Vrijdagmiddag Live wordt het beeld opgeroepen van de dikke vrouw (mét deegrol) en het iele mannetje.
Bert van Slooten onthult mevrouw Loman van de mannenopvang in Den Haag dat ze het er op de redactie over hebben gehad: “Hoe kán dat! Iedereen denkt… ja, halló! Wat zijn dat voor mannen?!”
Mw Loman houdt een algemeen verhaal. Over de eerste klap in een relatie en dat je het dan goed maakt en dat het erin slijt. Maar die mánnen! Bert van Slooten houdt vol.
“Het heeft te maken met een afhankelijkheidsrelatie, daar kunnen mannen ook in terecht komen.”
BvSl: “De partner zorgt voor het inkomen?”
Je hebt ook zoiets als emotionele afhankelijkheid. Manipulaties en uitoefenen van macht. En dan is er ook nog het probleem dat hulpverlening en politie het niet onderkennen. Bij een vrouw intussen wel, bij een man niet.
Is het oplosbaar? Ja. “Als je er samen aan wil werken.”
Mooi zo.
Twee dingen vallen me op.
Uit het onderzoek is óók gebleken: “Huiselijk geweld komt bovengemiddeld voor bij Turken, Marokkanen, Surinamers en Antillianen.”
Daar hebben we het (politiek correct multi-culti?) niet over.
En: “De daders zijn bijna altijd mannen (83 procent).”
Even rekenen.
Van alle slachtoffers is 40 procent man, van alle daders is 17 procent vrouw.
Dan denk ik dat veel mannen worden mishandeld door andere mannen. Partners. Familieleden.
Of zit het anders en wreekt zich nu dat ik alfa ben?