“Wakker Dier – het is ze gelukt.”
Lucella Carasso heeft het over de campagne waarin Wakker Dier supermarkt C1000 aan de schandpaal nagelde wegens het gestunt met kiloknallers. Een campagne waarin C1000 werd vergeleken met ándere supers die het wél goed zouden doen, zoals bv de Plusmarkt.
Daarover schreef ik ze nog een mailtje, dat ik Plus-klant ben en me gek erger aan de kiloknallers dáár, dus: geen goede campagne. Weten we, mailden ze terug, maar C1000 is de ergste en we treffen ze waar het de meeste pijn doet.
Het is ze dus inderdaad gelukt. C1000 stopt met de kiloknallers. Marketing expert Rob Benjamins verbaast het niets: Wakker Dier heeft “op de man, op de formule gespeeld”. C1000 wil natuurlijk winst, maar ook een goed imago.
“Een flink dilemma,” stelt Lucella Carasso vast. Klopt. Want C1000 trekt z’n klanten met die aanbiedingen. Ze laten vallen kost ze geld. Maar te boek staan als dieronvriendelijk willen ze ook niet.
Bart Kamphuis legt zijn oor te luisteren bij C1000-klanten. “Niet leuk,” zegt een eng wijf. “Ze hebben erg leuke aanbiedingen, het zou zónde zijn als die er niet meer komen.”
Maar de dieren! Zegt de verslaggever. Die hebben “een ongezond en pijnvol leven”.
O. Zegt de vrouw. “Dan is het inderdaad *wat minder*.”
Nog wat reacties met vooral: dierenwelzijn is leuk maar ik wil mijn goedkope gemartelde karbonaadje resp. kippenpootje.
De boodschap van Wakker Dier komt dus niet aan bij alle consumenten. Benjamins heeft een idee: slecht behandeld vlees in het schap naast goed behandeld vlees. Rode sticker op ‘slecht’ en groen op ‘goed’. Zodat mensen “een bewuste keuze” kunnen maken tussen hartstikke goedkoop (gemarteld) en iets duurder (goed leven gehad).
LC: “Houden andere supers dit in de gaten uit angst voor Wakker Dier?”
“Absoluut!” zegt Benjamins. Denk: chocoladeletters die niet fair trade waren gemaakt. En: de ‘scharreleieren’ in de mayo.
LC: “Dit is de beste marketing van Wakker Dier?”
RB: “Ze hebben de zwakste schakel gevonden.”
Yes!