Dode vissen.
Nu het ijs weg is blijkt in sommige wateren wel driekwart de winter niet te hebben overleefd. Het komt, zegt Marco Kraal van Sportvisserij Nederland, door gebrek aan zuurstof. En dát komt door de sneeuw in en op het ijs en door achterstallig baggeronderhoud. Wat de schuld is van de Waterschappen die hun prioriteiten verkeerd hebben gelegd.
“Is het erg dat er zoveel vissen doodgaan” vraagt Radio 1 Journaal-presentator Lara Rense die vermoedelijk geen lid is van de Partij voor de Dieren.
“Vreselijk!” antwoordt Kraal. Voor de ecologie. En: “De sportvissers hebben het nakijken.” Want ze kunnen wel overal vissen maar: “Het zal maar net het water zijn waar jij graag op vist.”
“En de watervogels?” Lara Rense slaat alleen aan op de door Kraal direct ondergeschoffelde ecologie. Die, zegt bioloog (!) Kraal, “kunnen van A naar B vliegen.” Alsof die niet voorkeur hebben voor bepaalde plekken bv omdat het daar goed nestelen is. Wat mij een zwaarder belang lijkt dan waar de visser graag zijn stoeltje neerzet.
“Het zal je maar gebeuren,” legt de visser het leed weer waar het voor hem het zwaarst weegt, dat in jouw water de vissen van zo’n 20, 30 jaar oud die iedereen kent het loodje hebben gelegd. Mm – houdt-is dan van die vissen? Is-ie misschien een teruggooiende visser? Na het arme dier natuurlijk wel een pijnlijke bek en de schrik van z’n leven te hebben bezorgd.
“Is vooral triest voor de vissen toch, hè” rondt Marcel Oosten af en daarop mompelt Kraal nog nét ‘ja’. Zodat ik nu geen enkel beeld heb van de ecologische big picture en een heel naar beeld van de sportvisserij. Dat laatste mogelijk terecht. Maar meer dóórvragen had de visserman ook de gelegenheid gegeven dat beeld wat te nuanceren.