Nog een vrolijk onderwerp.
Jeroen de Jager trekt Amsterdam in om zich te gaan ergeren.
Aan toeristen die een fiets huren en dan in groepjes rondtrekken, de regels niet kennen en soms niet eens kunnen fietsen.
“No accidents today?” vraagt hij suggestief aan een Italiaan. Nee. Maar wat fietsen die Nederlanders hard, zeg!
Ander groepje met orange bikes: “Did they explain the traffic?”
Jazeker! “Follow the way of the bike” (=fietspad).
De verslaggever loopt het Damrak af, van het Centraal Station naar de Dam.
“Spreekt u Nederlands?” Een Mexicaan, iemand uit Wales en dan: “U bent Amsterdammer!”
Wat vindt mevrouw van die toeristen met de cameratjes en de buidelzakjes.
Wel gezellig. Maar (Jeroen de Jager breekt haar het bekje enigszins open): ook wel “irritant”. Want? Dat fietsen! Ze snappen niet dat ze opzij moeten als je belt.
Is dat ál het leed? Neen.
Er staan ook nog overal in de stad campers.
“Denken Sie dass Sie hier stehen dürfen” vraagt de verslaggever die zijn talen goed blijkt te spreken. De Zwitser moet wel, legt die uit. Er was geen plaats op de camping.
Nu is het hier niet zo’n ramp, vindt Jeroen de Jager, maar ‘ze’ staan óveral in de stad. Op parkeerplaatsen. Zodat Amsterdammers hun auto niet meer kwijt kunnen.
Maar, wenst de lieverd de Zwitsers dan toch: “Viel Spass.”
Leuke reportage.